Een gesprek over partnergeweld: hoe luister je?

column Tessel ten Zweege

Op de Roeterseilandcampus van de Universiteit van Amsterdam sprak ik voor het eerst publiekelijk over mijn ervaring met partnergeweld in een panel, georganiseerd door een studententeam van een goed doel. We zaten netjes in een rijtje, de drie sprekers en de moderator, op een klein podium met een heleboel prangende studenten-oogjes op ons gericht. Waar de andere twee sprekers uitvoerig hun professionele ervaring met partnergeweld en zorgverlening beschreven, of hun research naar de prevalentie en aanpak, was ik voornamelijk stil en aan mijn mouwen aan het friemelen. Ik weet niet zeker of het loshangende draadje van mijn vest me nou zo boeide of dat ik gewoon te bang was om het publiek in te kijken. 

We hadden het over hoe je gesprekken voert over partnergeweld, op een pedagogisch verantwoorde manier, zo comfortabel mogelijk voor het slachtoffer. Mijn panelgenoten schudden feiten en cijfers uit hun mouw, en ik bedacht me ineens dat ik het nog nooit aan mijn moeder had verteld. De draadjes van mijn mouw verdwenen uit mijn gedachten en ik begon hardop na te denken waarom ik het zo moeilijk vond om de mensen om me heen te vertellen wat er met mij was gebeurd. In mijn hoofd schetste ik scenarios. Mama zou heel verdrietig zijn, ze zou het zichzelf kwalijk nemen en zelfs die hypothetische situatie maakte me al bijna aan het huilen. Ik was ook bang dat mijn vriendinnen boos zouden zijn dat ik ten tijde van de relatie zoveel had gelogen. Mijn stoere collega’s uit de horeca hoorde ik al zeggen: “Jij mishandeld? Pfoe, iemand zou dat eens bij mij moeten proberen. Ik had dat echt niet gepikt.”

Na afloop kwam een van de studentes uit het publiek me op mijn schouder tikken. Ze vroeg me om een knuffel en ik zag door haar ronde brillenglazen heen dat ze een beetje aan het huilen was. Voordat ze begon met praten wist ik al wat ze ging zeggen. Mijn verhaal was ook de hare. Haar vriendinnen, familieleden en nieuwe partner wisten van niets. Dat moment vond ik heel spannend. Hoogstwaarschijnlijk had zij ook doemscenario’s geschapen over de nare reacties die ze zou kunnen krijgen. Paniek! Hoe moet je dan wél reageren als iemand je in vertrouwen neemt?

1. Aandacht en medeleven

Ten eerste is het belangrijk dat het slachtoffer merkt dat je het serieus neemt. Probeer volledig aanwezig te zijn, en als je om emotionele of praktische redenen even niet actief deel kan nemen aan het gesprek, laat weten wanneer je dat wel kan. Dit is namelijk geen geschikt gespreksonderwerp om even snel over te babbelen, of om alleen te reageren met “he, wat kut voor je” en weer door te gaan met je dag. Ik vertelde het meisje dat mij in vertrouwen nam dat ik het heel naar vond om te horen dat zij dat ook had moeten doormaken, maar dat ik ontzettend moe was van het publiekelijk praten over dit moeilijke onderwerp. We wisselden nummers uit en ik verzekerde haar dat ze me altijd een berichtje mocht sturen als ze er nog eens over wilde praten op een ander moment. Ik hoop dat ze dat fijn vond.

Probeer volledig aanwezig te zijn, en als je om emotionele of praktische redenen even niet actief deel kan nemen aan het gesprek, laat weten wanneer je dat wel kan.

2. Meer luisteren dan praten

Als ik één ding heb geleerd van de gesprekken over partnergeweld die ik sindsdien heb gevoerd, dan is het wel dat mijn ervaring nauwelijks overeenkomt met het beeld dat andere mensen van partnergeweld hebben. Ik ben een keer geïnterviewd door een journaliste die me alsmaar in de reden bleef vallen. Ik zei dat ik het moeilijk vond om bij hem weg te ga- “Ja, je bent ook superverliefd op die persoon natuurlijk.” Nou nee, ik was gewoon bang. Ze vroeg me wat ik het heftigste vond aan de relatie, en ik vertelde dat hij constant mijn zelfvertrouwen aan het afbreken wa- “Maar klappen krijgen is toch veel erger?” Dat is voor elk slachtoffer anders: Je hebt geen idee hoe het slachtoffer de relatie heeft ervaren. Probeer dat in je achterhoofd te houden en als je assumpties hebt, spreek ze alsjeblieft niet uit maar vraag er op een respectvolle manier naar.

Je hebt geen idee hoe het slachtoffer de relatie heeft ervaren. Probeer dat in je achterhoofd te houden en als je assumpties hebt, spreek ze alsjeblieft niet uit maar vraag er op een respectvolle manier naar.

3. Heb geduld

Naast emoties als schaamte en angst voor nare reacties, zijn er nog talloze andere redenen waarom het voor slachtoffers moeilijk is om uit de school te klappen. Als iemand bijvoorbeeld PTSS aan de relatie heeft opgelopen, zoals ik had, is het soms überhaupt niet mogelijk om alle traumatische herinneringen chronologisch na te vertellen. Je hersenen heeft die nare momenten dan diep weggestopt, uit zelfbescherming. Wees je er dus van bewust dat het verhaal soms ietwat incoherent klinkt, en dat wat je nu hoort waarschijnlijk maar een fractie van de hele relatie is. In een volgende relatie vertelde ik mijn partner tussen neus en lippen door dat ik was mishandeld, maar dat ik er nog niet aantoe was om erover te praten. Toen ik er later iets meer over zei, zei hij: “Wow, was het echt zo heftig?” Dat was goedbedoeld, maar ik voelde me onbegrepen en was zelfs bang dat hij me niet geloofde.

Wees je er dus van bewust dat het verhaal soms ietwat incoherent klinkt, en dat wat je nu hoort waarschijnlijk maar een fractie van de hele relatie is.

Elke gewelddadige relatie is anders, maar ik vermoed dat deze handvaten in elk gesprek over geweld van pas kunnen komen. Hoewel het een spannend en kwetsbaar moment is, is zo’n eerste openbaring ook heel hoopvol. Vaak is het de eerste stap naar verwerking.

Tessel ten Zweege is feminist-in-chief bij PISSWIFE, een zinecollectief over intersectionaliteit en kunst. In maart debuteerde ze als filmmaker met een documentaire over haar ervaring met partnergeweld. Ze is recentelijk afgestudeerd aan de Universiteit van Amsterdam en schrijft voor OneWorld, VICE en Bedrock Magazine.

Delen:

Reacties

Gerelateerde artikelen